Making a Scene @ Dineke Oosting

the Pitcairn Museum of Contemporary Art

Dineke Oosting Scene

MAKING A SCENE @ DINEKE OOSTING

De kunstenaar………………………………..een personage gespeeld door Dineke

De curator……….………………………………een personage gespeeld door Wim

De beschouwer……….………………………een personage gespeeld door Nanne

De criticus……………………………………….een personage gespeeld door Maartje

Het kunstwerk..………………………………een personage gespeeld door Julia Kristeva

The Scene

 

Alle personages zijn er al.

 

De kunstenaar: De dingen praten tegen mij. Vooral als ik op de rommelmarkt loop of door een kringloopwinkel, dan praten de dingen tegen mij. Zoals je vast wel hebt gezien gebruik ik dingen die mensen hebben weggedaan of weggegooid. Ze lokken mij. Ze pakken mijn aandacht. Dan neem ik ze mee, ook al weet ik soms niet waarom. Er is altijd een bestemming. 

 

Ze bedekt de vloer van de white cube met zacht roze tapijt. Uit de lichtbakken in het plafond laat ze een viertal gouden kettingen hangen. Ze vallen naar beneden, ze begint ze te organiseren.

 

Ik neem ze nooit voor niets mee naar mijn atelier. Kijk, er is altijd wel een vaag idee maar op het moment dat jij mijn aandacht trok, dacht ik, is het niet beter je rijk te voelen dan rijk te zijn? We willen allemaal een goed leven, rijk worden. 

 

De eindes van de kettingen rolt ze met aandacht op hoopjes in het roze tapijt dat zo hoogpolig is dat de schakels tussen de haren verdwijnen. Een van de kettingen leest ‘rich’.

 

De dingen geven me richting, zij duwen me naar het verhaal dat ik wil vertellen. Als er een bestemming is, integreer ik ze, samen met andere dingen. Er is altijd een vaag idee van waar ik naartoe ga want het is een wisselwerking tussen het ding en mij. Als ik me helemaal heb verdiept in het werk dan besta ik niet meer, ik word het ding.  Ik besta niet meer en we worden dezelfde energie. Alles om mij heen verdwijnt en ik ben het beeld.

 

De tussen- en achterwand bedekt ze met een behang van een goudgroene kluwen van haartjes. Met een zwarte stift schrijft ze iets op een dik papier. Ze knipt het uit en plakt het op de rechterwand: ‘Feeling’.

 

De curator: Het kunstwerk spreekt tot de verbeelding, hoor je wel eens. Eigenlijk is dat vreemd. Alsof de kunstenaar letterlijk door het kunstwerk tot ons spreekt. Sinister eigenlijk. Natuurlijk, ze heeft het zelf ingericht. Ze had het museum zelfs een paar nachten te logeren. Maar spreekt het? De kunstenaar transformeert het roze tapijtje, dat vast wel ergens in onze breinen opgeslagen ligt, tot een nieuwe ervaring. Dit is niet het tapijtje van tante Jannie of het hoogpolige tapijt waarop Donny Brasko zijn tegenstander laat leegbloeden. Het zijn losse dingen. Eerst zijn het losse dingen maar die losse dingen fuseren tot een gematerialiseerde gedachte of idee. Door de verandering van de context gaan onze synapsen trillen en gaan we opnieuw op zoek naar betekenis. 

 

De beschouwer: Het werk zegt niks en zegt me niks dus ik zoek de kunstenaar maar die kunstenaar is er ook niet. Ik vraag me de hele tijd af: Hoe zijn we hier gekomen? Ik ga in rondjes en kom er maar niet uit. Ja, ik zie hoe de dingen zijn geïnstalleerd maar ik kan niet voelen wie dit heeft gedaan. Dit materiaal, waar komt het vandaan en waarom moest het hierheen, naar mij? Het is overduidelijk maar niet weloverwogen. Onbedachtzaam… Het kan aan de tijd liggen, verzamelen en samenstellen kan niet echt met een deadline. Misschien is deze etalage te snel gegaan want ja, met de tijd slibt een plank wel vol, als je dingen verzamelt. Misschien is de etalage te klein? Je kunt ze zien strijden, zij die opeens van groot naar klein moeten of van klein naar groot gaan. Het is dan ook maar de vraag op welke schaal je je rijk kunt voelen. Maar ik voel niet zoveel. Het lijkt een beetje op een etalage voor sieraden. Maar dan wel goedkoop. 

 

De criticus: Ik durfde je bijna niet meer mee te nemen omdat ik je rijkdom beloofd had. Maar sorry zeg ik niet. Liever kijk ik naar wat toch dat verlangen is. Toen ik hier in mijn eentje stond dacht ik ‘…oh,’ en vervolgens ging ik opzoek naar ironie in de hoop dat ik door lagen heen kan prikken. Daarna zocht ik naar een verhaal. Als iets leeg is, kun je vragen gaan stellen. Was hier dan eerst iets of moet er nog iets komen? Zulk soort vragen. Ik kan me verbinden noch voorstellen en ik snap niet of ik buiten sta of naar binnen moet. ‘Geef me iets,’ mijmerde ik. Maar toch wilde ik dat ook niet! Fuck het sublieme, ik kan hier niks in vinden. Zit het onmogelijke in mij, zoals Kristeva stelt? Moet ik dat wat ik in de ander zoek zelf wórden? Ik wil, ik wil, wil, het, niet. Telkens plaatste ik mezelf, situeerde ik onszelf in die ruimte. Zo deelde ik mezelf op. Probeerde maar wat. Oké: Ik zie dat het behang is uitgeknipt en opgeplakt, ik zie het. Haarvaatjes, wat moet ik ervan maken? Een superstructuur, het elite netwerk of toch eigenlijk een uitgeknipt behangetje? Sommigen vrezen de toekomst want ‘nu hebben we het zo goed’.  We passen wel op voor dat wat niet past bij hoe het nu zo lekker in mekaar past. Verraderlijke on-dingen zonder identiteit en zonder positie ten opzichte van jou of mij, daar vrezen we voor. Het object van angst is het abjecte. De niet-dingen. Ik hoor de dingen schreeuwen: laat me los! Dat maakt dat ik van ze begin te houden. Ik schreeuw terug: houd me vast! Want ik wil niet alleen zijn in mijn gedachten en gevoelens. Door Kristeva te lezen, hoor ik beter wat ze schreeuwen. Ik ben niet jij of dit maar ook niet niks. Dus toen ik er alleen voor stond dacht ik eigenlijk: O.

 

Het kunstwerk: Ik ben geraakt, gezien. Wiens wereld is dit? Ik bewandel wat was ooit de tong van een vrouw: Vrouw 3 geloof ik. In jouw wereld ben ik ding en los van jou gemaakt, mijn maker, mijn oog, het abjecte kind. Ik voel me rijk in jouw gedachtenrijk. Subliem, zoals je naar me kijkt. Volledig machteloos als je me niet vervolmaakt of toch overmachtig als ik niet lijk afgemaakt. Mijn macht en ik zijn één omdat we hetzelfde zijn. Materie, dat is. Dat is dat. En dat beangstigt je, daarom wil je me hebben. Maar jij bent niet ik, jij mag er niet in. Met je ziel. Haha, zielenroerselen en bedoelingen! Je komt er niet in, zeg ik je! Hoe voelt dat? Voel jij je rijk? Als jij een ding zou zijn zoals ieder ander, dan was ik een persoon. Net als ieder ander.

 

Alle personages zijn er nog steeds.

 

Adres

Gedempte Zuiderdiep 132

9711 HM

Groningen

Openingstijden

Dagelijks geopend 24/7

Gratis toegang

Social Media

© Pitcairn 2022